Het is half februari wanneer de eerste tekenen van een naderende lente zich bedachtzaam aankondigen. Hormonale schommelingen aangedreven door een rauwe schoonmaakdrift maken dat ik vandaag mijn dag start met liters water, azijn, sponsjes en de laatste trends op schoonmaak gebied. Een paar uur later ruikt het huis tevreden naar een mengsel van citroen in combinatie met de opgewekte smetteloosheid van een onberispelijke volmaaktheid. Tevreden neem ik de woning in me op. Dat schoonmaken fijn kon zijn wist ik al, maar uitgerekend vandaag op Valentijnsdag ontdekte ik tussen de smakeloze opvliegers door, de kracht van Mister Proper. Beter kon mijn dag niet beginnen.
In de tussentijd heeft mijn vriend instinctief aangevoeld dat hij beter in zijn bed kon blijven liggen. Geen kick heeft hij gegeven. Zelden zag ik hem zo aanstellerig uitslapen. Als geen ander weet hij dat iedere stap in de omgeving van mijn Cillit Bang uitbarsting onherroepelijk kan leiden tot fors huishoudelijk geweld. Niets is namelijk erger dan een man die zijn brood smeert in een brandschone keuken om daarna een spoor van kruimels te trekken door de woonkamer. Stuitend vind ik het ook wanneer hij zijn korzelige ochtendlichaam naar de badkamer sleept, om vervolgens doodleuk zijn oren leeg te knippen boven de blinkende schittering van een zojuist gepoetste wasbak. Waarom moet dat? Doe dat lekker ergens anders! Boven de kliko ofzo! Stemmingstoornissen krijg ik overigens ook, wanneer hij direct nadat ik de badkamer heb schoongemaakt ineens zijn tanden moet flossen, en ALTIJD! in de richting van mijn kraakheldere spiegel! GRMFL! Doe dat lekker in de binnenspiegel van je auto ofzo! Moordneigingen krijg ik overigens ook, wanneer ik zojuist op mijn knieën het toilet heb schoongemaakt en hij al achter de deur staat om de rest van zijn darminhoud te komen lossen. Ik kan hem zijn nek wel omdraaien dan.
En dit weet hij! Dus hield hij zich dood vandaag. De hele morgen!
Maar ja, het was vandaag ook Valentijnsdag verdomme! Het hele huis schoon, Valentijnsdag, vriend dood! Dus besloot ik hem maar eens te gaan reanimeren met een ontbijtje op bed. Natuurlijk verweet ik hem inwendig dat een dergelijk initiatief alwéér van mij moest komen en dat ik ook het huis al helemaal in mijn eentje had schoongemaakt. In toenemende mate geïrriteerd dacht ik na over de leuke en romantische dingen die andere mannen wél voor hun vrouw zouden doen op Valenstijndag. Zoals Kees en Marjan vorig jaar. God! wat hadden ze het leuk gehad. En Karin en Suzanne, jee die hadden het ook leuk voor elkaar. Maar goed.
Volledig ontstemd en erg te kort gedaan richtte ik me verder op zijn ontbijtje. Met wat crackers, vers fruit, een eitje, kaasjes en een dampende kop koffie loop ik niet veel later bloed sacherijnig de trap op. Een explosieve hormonale huilbui kan ik nog net onderdrukken. Maar dan halverwege de trap hangt er ineens een knalrood briefje met daarop de tekst: STOP! in koeienletters. Met mijn handen vol dampende ontbijtromantiek kan ik onmogelijk stoppen en zie ik bovendien op de volgende tree nog een briefje, die direct mijn nieuwsgierigheid heeft gewekt. Wat er op dit briefje staat kan ik niet goed lezen zonder leesbril. Maar de gedachte dat hij er toch aan heeft gedacht stemt me meer dan dik tevreden. De schat! Wat een lieverd is het ook.
Dan uit het niets voel ik een enorme pijnscheut in mijn rechtervoet. De pijn is zo scherp dat de beleving ervan zich ietsje later meldt. Als in een film hoor ik mezelf ijzingwekkend hard gillen en zie ik hoe in slow motion het zachtgekookte eitje naar beneden rolt, de koffie via de treden naar beneden druipt en… Hinkelend zoek ik een veilige plek op één van de hoger liggende treden, waarna mijn vriend snel hulp komt bieden.
Nu achteraf weet ik dus dat er op het briefje stond: ‘pas op, een uit stekende spijker!’ Maar wie bedenkt nou zoiets, en verdorie nog wel op Valentijn! Maar goed, voor iedereen die wél een leuke partner heeft: Happy Valentijn!