Kermis in Sint Annaparochie: droomvlucht of doodschop

Het is weer kermis in Nederland! De periode van het jaar waarin het collectieve verstand in de grabbelton wordt gegooid tussen suikerspinnen, bier, speeksel en waar de echo klinkt van schreeuwende pubers die zichzelf tot de keizers van het dorpsplein hebben uitgeroepen.

De kermis is een plek waar God nooit komt maar de duivel een vaste staanplaats heeft naast de suikerspin. Alles ruikt naar frituurvet, opgewarmde ruzies en Axe Africa. Je stapt in een machine die “Armageddon XXL” heet en je wordt bediend door een man met een glimlach als een open beenwond. Wie instapt is tien euro armer en raakt minstens vijf illusies kwijt.

Maar het hoogtepunt — het orgelpunt, het pièce de résistance van het dorpsgedruis — blijft natuurlijk de vechtpartij! Die knal. Dat gegil. Dat oergevoel dat normaal opgesloten zit in je ruggengraat maar zich op de kermis uitrolt als een agressieve mattenklopper. Niemand komt écht voor de suikerspin. Ze komen voor de klap. Want een kermis zonder knokpartij is als een friet zonder saus: een trieste, zompige bedoening.

En eerlijk: het hoort er al sinds mensen puisten hebben bij. In de negentiende eeuw vlogen arbeiders en studenten op de Rotterdamse kermis elkaar al in de haren over God weet wat. Bier, testosteron, een scheve blik of allemaal tegelijk. In Volendam, 1978, sloegen ze elkaar de hersenpan in omdat iemand “Purmerend” zei alsof het een geslachtsziekte was. En in Etten-Leur, 1985, moest de politie traangas inzetten. Traangas! Niet omdat iemand het gemeentehuis wilde bestormen, maar omdat twee cafés ruziemaakten over wie de beste bitterballen serveerde. In de jaren daarna werd de kermis een soort jaarlijks terugkerende mislukte revolutie met botsauto’s.

Vorig jaar was het raak in Sint Annaparochie. Een plek waar God met tegenzin z’n post openmaakt. Botsauto’s. Jongeren. Een mes. Drie gewonden, één ambulance en een frietkraam die uit veiligheidsoverwegingen even geen bamischijven meer mocht verkopen. De aanleiding? Een blik. Of een meisje. Of een meisje die keek naar een blik. Niemand weet het zeker. Maar het gerucht dat de jongeren van het AZC erbij betrokken waren, bleef hangen als een zure walm in een slecht schoongemaakte tent.

Dus kwam de dorpsraad in crisisberaad, kreeg de burgemeester rode vlekken in zijn nek en stuurde de politie een woordvoerder die nog net niet zijn tekst van een cornflakesdoos aflas. Daarna kwam iemand van het COA met het lumineuze idee: laat die jongeren tijdens de kermis gewoon naar de Efteling gaan. Simpel. Geen geweld. Geen drama. Alleen maar Droomvlucht, Python en een overprijsde hotdog.

Toen dat uitlekte, brak de hel los nog vóór de touringcar gestart was.

Het leek eerlijk gezegd ook wel een poging tot conflictvermijding ondergedompeld in een roze mierzoete glazuurlaag van lafheid. Niet praten. Niet luisteren. Niet mengen. Gewoon afvoeren. Uit het zicht, hoppa. Richting de trollen. En ondertussen mogen Rick en Kevin die samen het IQ hebben van een kruimeldief zonder stekker wél blijven.

Tot overmaat van ramp kwam ook Marjolein Faber, de goth-versie van Truus van de afdeling Burgerzaken, hysterisch uit haar integratiekerker gekropen. Ze vond het een beloning. Een uitje. Alsof jongeren uit verre landen nu op staatskosten paddo’s mochten testen in Symbolica. Ze deed over komen alsof de kinderen de staatsloterij hadden gewonnen zonder te betalen voor een lot maar ze vergat erbij te zeggen dat het helemaal geen droomvlucht was, maar een vlucht-vlucht. Haar digitale hofhouding spuugde gal op Twitter, of X, of op wat dan ook.

“Waarom zij wel naar de Efteling?”
“Waarom ik niet?”
“Waarom geen enkeltje Kabul?”
“Kunnen we ze niet een weekendje Gaza geven?”

Tussen de digitale diarree doken ook goedbedoelende reacties op van mensen die dachten dat een bezoek aan het Sprookjesbos de kinderen misschien van hun trauma’s kon verlossen. Maar de juiste vraag bleef uit: waarom mogen Rick en Björn wél blijven? Waarom sturen we die niet met touringcars richting het Tiki Bad en sluiten we ze daar op in een wildwaterbaan? Waarom is hun dorpsgeweld folkloristisch en dat van Mo een bedreiging voor de nationale veiligheid?

Daarom stel ik in een poging van wanhoop plan B voor: De Vechtkooi.

Laat de vechtersbaasjes maar vechten. In een officiële arena. Midden op de kermis. Omheind door rubberen hekken, modder op de vloer, en lampjes in de vorm van opgestoken middelvingers. Een DJ. Een livestream. Een scheids met een petje. Een jury met valse wimpers. En een commentator die dingen roept als: “Oei! Recht op de neusrug van Mootje of was het Kevin? Who cares!”

De winnaar krijgt een knuffelbeer van twee meter. Of een gratis kapsalon XL. Laat iedereen meedoen: Rick, Yassin, Ahmed, Sonja, Klaas, Fatima. Iedereen met woede, teveel Red Bull of een slecht afgestelde opvoeding. En voor de vorm zetten we er een EHBO-post naast, gerund door een stagiair die zijn MBO eindelijk mag afronden door middenhandsbeentjes te spalken. Want alleen zo wordt de kermis weer van iedereen.

Kermisgeweld is cultureel erfgoed. Net als koekhappen en misplaatste tatoeages. Dus laten we dat erfgoed democratiseren. Niet alleen voor de ‘blanke’ relboys met een trackrecord bij bureau Halt, maar ook voor de jongens die dachten: “ik moet mijn plek in dit land bevechten” en dit nu veel te letterlijk nemen.

En wanneer dan diep in de nacht, de beats uitsterven, de laatste bezoekers naar huis gaan, de geur van kots zich mengt met die van wafels, en de laatste vuist z’n bestemming heeft gevonden, dan kan de grijpmachine gewoon weer mis grijpen. Het verdwaalde kind dat allang op bed had moeten liggen kan dan nog even dreinen om een zuurstok en Tante Trees kan laveloos weer worden teruggevonden in het spiegelpaleis, met lipstick op haar oorlel en een plastic zwaard in haar BH. En wie dan nog wat rondslentert kan misschien de jongen met tape om z’n hoofd horen fluisteren:

“Volgend jaar weer?”

Waarop een ander, lamgeslagen, zijn scheve bril rechtzet en mompelt:
“Ja man.”

Wie hier allemaal écht geen zin in heeft, die rot dan maar op naar de Efteling.

10 comments

  1. Lekker taalfeestje weer, Syl!

    Een plek waar God met tegenzin z’n post openmaakt

    en lampjes in de vorm van opgestoken middelvingers

    en een plastic zwaard in haar BH.

    Jij bent zo briljant hierin – echt!

    Like

  2. Ik moest er bijna om lachen Maar het verging me. Het is intens triest. Was waarschijnlijk een natte scheet vergeleken met wat er op Scheveningen gebeurde. Ik kan mij niet anders herinneren dat het ellende was op kermis. Het paradijs van 1 cellige.

    Gelukkig gaan de kinderen wel naar de Efteling.(dankzij gulle gevers) Zodat als er mensen gaan matte op die Kermis zij er in ieder geval niet de schuld van krijgen .

    Like

Geef een reactie op Anoniem Reactie annuleren