Normen en waarden voor vluchtelingen

Ik wil helemaal niet dat vluchtelingen onze ‘normen en waarden’ leren kennen, ik wil dat ze onze ‘gewoontes’ leren kennen.

Dit lijkt me eerlijk gezegd ook een stuk makkelijker aan hen uit te leggen aangezien alleen al in mijn eigen familie een verwarrende opvatting bestaat over wat Nederlandse normen en waarden nou precies zijn. Zo is oom Gert-Jan welgemanierd en hoffelijk voor vrouwen terwijl oom Henk voor zijn eigen moeder nog geen deur zou open houden. Tante Joke heeft geen één dag in haar leven gewerkt terwijl haar zus een work-a-holic is. Nicht Ingrid is een breezer sletje, haar broertje een studiebol. Tante Loes hangt in de weekenden in kinky kelders onderste boven, terwijl tante Esther vromer is dan de Paus. Zus Loes laat haar kinderen niet op staan in de bus voor ouderen terwijl ze zelf in een bejaardencentrum werkt. Ik heb werkelijk geen idee wat precies Nederlandse normen en waarden zijn, terwijl ik hier toch écht al 47 jaar rond loop.

Als ik een vluchteling al iets over Nederlandse normen en waarden zou moeten vertellen dan zou ik zeggen: ‘doe maar normaal, dan doe je gek genoeg’. Óf: ‘doe eens gek, want er zijn toch al zoveel anderen!’

Over religie zou ik niet eens kunnen zeggen dat we dit liever niet hebben, want we barsten van de religieuze kleuter- en basisschooltjes en zelfs de allerergste ongelovigen in Nederland doen wel gewoon mee aan de kerst, aan pasen en aan pinksteren. Goed, ik zou dus iets kunnen vertellen over het recht op vrije meningsuiting en dat iedereen dat heeft, behalve Quincy Gario. Dat we neerkijken op criminelen maar Holleeder toch erg hoog hebben zitten. Dat dieren in Nederland wel rechten hebben, maar deze niet krijgen. Ik zou kunnen uitleggen dat je in Nederland wel drugs mag gebruiken, maar het niet mag hebben. Wel in je lichaam, niet in je zak. Ook zou ik kunnen vertellen dat vrouwen gelijke rechten hebben, maar ze minder worden betaald. Dat je homo’s niet mag beledigen, maar dat ‘vieze- of kanker homo’ een doodgewoon en oer-Hollands scheldwoord is. Dat terroristen mensen zijn die geweld toepassen op onschuldige burgers, behalve wanneer zij uit Woerden en omstreken komen, dan zijn zij bezorgde burgers.

Ik zou niet eens weten waar ik moest beginnen..

Ik zou kunnen vertellen dat pesten niet mag, alleen door volwassenen en rond het Sinterklaasfeest. Misschien zou ik ook kunnen vertellen dat vechten in een sporthal niet echt de bedoeling is, tenzij je een hooligan bent. En dat zeuren over een slechte wifi-verbinding alleen mag mét een verblijfsvergunning. Mensen omver rijden is in Nederland eveneens verboden, tenzij je een minister bent en seks met je buurvrouw is stoer totdat iemand je betrapt. Over onze oer-Hollandse televisieprogramma’s zou ik hun kunnen vertellen dat licht getinte criminelen die zich met kleine geldbedragen bezig houden worden getoond in “Opsporing Verzocht” en witte criminelen die zich bezig houden met het verduisteren van grotere geldbedragen achtervolgd worden in het programma “Opgelicht”.

Misschien iets over de Hollandse keuken dan? Dat een oer-Hollands menu tegenwoordig bestaat uit Vlaamse frietjes met Afrikaanse Shoarma van varkens uit Polen. En dat als we écht oer-Hollands doen, we gaan eten bij de Chinees, terwijl onze jongeren zich tussentijds obees eten aan Turkse Pizza’s en Vietnameze loempia’s? Of is dat te zuurkool?

Ik denk daarom dat we het beter maar niet meer over ‘normen en waarden’ kunnen hebben, maar gewoon over onze ‘gewoonten’. Want alleen de échte Hollander weet dat de norm pas een waarde krijgt als het een individuele gewoonte is geworden.